Corine van Geffen: ‘Samenhang nodig in de ICT-initiatieven’

In dit interview spreken we Corine van Geffen, bestuurder van Huisartsenposten Amsterdam. We vragen haar naar de grootste uitdaging op het gebied van informatievoorziening binnen haar branche.

Huisartsenposten Amsterdam is een van de grootste huisartsenposten van Nederland, met meerdere locaties bij ziekenhuizen en een eigen triagepost (callcenter). “We ondersteunen de huisartsen van Amsterdam”, zegt Corine. “We zorgen bijvoorbeeld voor de locaties, huurovereenkomsten, materialen, chauffeurs en visiteauto’s.”

Corine maakt ook deel uit van het bestuur van de brancheorganisatie in de 1e lijn (InEen). “Ik ben in brede zin een vertegenwoordiger van de huisartsenorganisaties. Binnen het bestuur van InEen heb ik de portefeuille digitalisering.”

Wat is de grootste uitdaging wat betreft gegevensuitwisseling binnen de huisartsenposten in Amsterdam?

“De grootste uitdaging is hoe we de databeschikbaarheid regelen. Een huisartsenspoedpost mag geen gegevens inzien zonder toestemming van de patiënt, maar als we niet de juiste informatie hebben, kunnen we niet de juiste zorg geven. Dit leidt regelmatig tot fouten, zowel op de huisartsenspoedpost als in de samenwerking met anderen die ook informatie nodig hebben voor het verlenen van zorg, zoals de spoedeisende hulp en de ambulance.

Tijdens de covidperiode kregen we gemakkelijker inzicht in een dossier, want toen kon een patiënt ter plekke geen toestemming geven om de eigen gegevens in te zien, maar dat is nu niet meer zo. We zijn wel bezig om daar verbetering in te brengen. Zo is er onder meer Mitz, een voorziening van zorgaanbieders, waarmee een burger zelf toestemming kan geven voor het delen van de eigen medische gegevens met zorgaanbieders. Je kiest daarin zelf hoe zorgaanbieders jouw gegevens mogen gebruiken. En zo zijn er diverse voorzieningen in ontwikkeling om de databeschikbaarheid te regelen.”

Hoe kan de NVS bijdragen aan verbetering?

“VWS moet de regie nemen op de grote ontwikkelingen in digitalisering en databeschikbaarheid. Met elkaar zijn we gefragmenteerd bezig. Het Mitz-initiatief is een voorbeeld van zo’n ontwikkeling, maar er zijn er meer, zoals het programma Medicatieoverdracht, Met Spoed Beschikbaar, zibs (zorginformatiebouwstenen), informatiestandaarden en MedMij. Binnen de huisartsenzorg hebben we succes geboekt met de aanpak in het programma OPEN om huisartsen te helpen bij de digitale uitwisseling met de patiënt. Op veel plekken in de zorgsectoren is men enthousiast en met betrokken experts bezig, maar er ontbreekt nog samenhang in het totaal.

Onder regie van VWS hebben we de mogelijkheid om regionaal dingen aan te pakken, terwijl we ook ondersteund worden door de landelijke ontwikkelingen. Zo krijgen we meer samenhang en kunnen we van elkaar leren. De NVS helpt om meer gericht te kijken naar wat nodig is om databeschikbaarheid te realiseren.

We moeten samen optrekken. Je moet daarbij soms ook juist iets níet doen om iets te bereiken. Dat is best moeilijk want als branchevereniging hebben we ook een achterban te vertegenwoordigen die dit spannend vindt. We zien echter ook dat we per saldo nergens komen als we alleen individuele belangen laten voorgaan.”

Welke oproep doe je aan bestuurders in het kader van de NVS?

“Het is belangrijk dat bestuurders in de zorg zich verdiepen in deze materie en dat we als collectief prioriteiten stellen richting leveranciers. Zodat er een duidelijke boodschap is.

Bestuurders in de zorg zijn vaak geen CIO’s, maar algemeen bestuurders. Laat je ondersteunen en informeren om de juiste keuzes te maken. De koepels doen er alles aan om daarin te ondersteunen, want ICT is heel ingewikkeld. Bijvoorbeeld interoperabiliteit: waar moet je op letten om het goed te doen? Bij de koepels vind je experts die je op weg kunnen helpen.

Als ik kijk naar Amsterdam dan zijn er te veel verschillende Huisarts Informatie Systemen van verschillende kwaliteit. Laten we met elkaar proberen om naar een meer gebalanceerde markt te gaan, waarbij leveranciers data geschikt maken om uit uitwisselen. Dat maakt het aansluiten op andere zorgsectoren in de toekomst stukken eenvoudiger.”

Wat drijft jou persoonlijk om dit werk te doen?

“Ik wil dat zorgverleners zich kunnen concentreren op hun werk. Voordat ik in het management terecht kwam, heb ik jaren als verpleegkundige gewerkt. Ik heb zelf ervaren dat de administratielast steeds verder toenam.

ICT kan bijdragen in efficiëntie. Het is nu vaak zo dat zorgprofessionals werk moeten overdoen omdat de een niet de informatie van de ander mag inzien. Of dat ze tijd verdoen met zoeken naar welke medicatie een patiënt gebruikt. Dat moet echt anders. Als data eenvoudig beschikbaar zijn, kunnen zorgverleners hun werk beter doen.”